Online-Bibliothek

1. Auch das Gold will gewaschen sein. 2. Auch feines ... ... 10. ) Holl. : Geen goud zoo rood, of 't moet om brood. ( Harrebomée, I, 253. ) 13. Das Gold bedarf der ...

1. Das saltz geht hin, daher es kompt. – Franck, I ... ... versehen, ehe man die Eier zerschlägt. Holl. : Wees van zout en brood voorzien, eer gij uwe eijeren en stukken slaat. ( Harrebomée, II, 512 ...

1. Alle wie aus Einem Ofen. 2. Alte Oefen ... ... : Die altijd met den laatsten oven bakken, het is zelden, dat zij goed brood t'huis krijgen. ( Harrebomée, II, 157 a . ) 94 ...

... . ) Holl. : Hij zal zich zijne kaas en zijn brood niet laten onthalen. ( Harrebomée, I, 372 a . ) ... ... Holl. : Ik moet zien, dat men mij de kaas niet van het brood afholl. ( Harrebomée, I, 372 a . ...

1. Alt rappen seyn böss weis zu machen. – Gruter, I, ... ... Propheten Elias erzählt wird. Holl. : De raven zullen hem geen brood brengen. ( Harrebomée, II, 208 a . ) *103. Einen ...

... ben, zoo kook mij een potje met bier en brood. ( Harrebomée, I, 146 b . ) ... ... Brot . Holl. : Is hij dood, zoo eet hij geen brood meer. – Is iemand dood, gebakken is zijn brood. ( Harrebomée, I, 147 a . ) 55. Wer ...

1. Besser die Kost verdorben als den Magen . 2 ... ... Dat is misselijke kost, zeit de mof, en hij at spoeling voor bier en brood. ( Harrebomée, I, 441 a . ) 3. ...

1. Allzu mild hilfft bald zu armuth. – Petri, II, ... ... 2712; Körte, 4249. Holl. : Hij is mild met zijn brood, maar bakken doet hij zelden. ( Harrebomée, II, 87 a . ) ...

1. A de richa Lüta werd ma nüd rüdig 1 . – ... ... isst gern anderer Leute Brot . Holl. : Hij heeft anderer lieden brood gegeten. ( Harrebomée, II, 24. ) *1513. Er ist einer ...

1. As (wenn) man sugt (sagt) gestorben, glaüb. ( Jüd ... ... alles essen. Holl. : Alle ding laat zich zeggen, en kaas en brood laten zich eten. ( Harrebomée, I, 134. ) 54. Man ...

1. Alten Dreck soll man nicht aufrühren. – Eiselein, 126; ... ... III, 85. Holl. : Mogt hij drek eten, hij kocht geen brood. ( Harrebomée, I, 97. ) 55. Treck ist kein Rötelstein ...

1. Alter Speck macht fette Suppen . Die Weisheit und ... ... Brot zu streichen. Holl. : Hij kan het spek wel op ket brood houden. ( Harrebomée, II, 284 b . ) *106. Er ...

1. Besser Treu ' als Reu'. 2. Bey manchem ... ... 374, 26; Petri, II, 549. Holl. : Trouw heeft brood, als outrouw ligt in grooten nood. ( Harrebomée, II, 346 b . ...

1. Bäunen in de Päut 1 , Hawer in den Kläut 2 ... ... der Stadt Norden in Ostfriesland . Holl. : Boonen is brood. ( Harrebomée, I, 79. ) 6. Drei grosse Bohnen ...

1. Is mager de ⇒ Tewe (s.d.), sünt grot ... ... a . ) Holl. : Hij is te mager, om tot boter en brood te eten. – Hij is zoo mager, dat hij met zijn gebeente wel ...

... Holl. : Hebt gij water, hebt gij brood, klaag dan niet van hongersnood. ( Harrebomée, II, 439 b . ... ... Wasser und Brot gesetzt werden. Holl. : Op water en brood gezet worden. ( Harrebomée, II, 442 a . ) * ...

1. Aus Hunger stehlen ist keine Sünde . – Eiselein, 334. ... ... leiden ist kein Brot sparen. Holl. : Honger lijden is geen brood sparen. ( Harrebomée, I, 324. ) 106. Hunger löscht offt ...

1. A Kloak as föör a Dommen . ( Amrum. ) – ... ... . ( Harrebomée, I, 416. ) – Hij slacht den bakker, die het brood in den oven steekt en er zelf buiten blijft. ( Harrebomée, I, ...

... . : Gekt gij met de boter? een ander eet ze op het brood. ( Harrebomée, I, 84. ) 20. Die Butter will ... ... Holl. : Daar baat geen verstand, als de boter aan het brood niet kleven wil. ( Harrebomée, I, 83. ) ...

1. Alte Kuchen und böse Gewohnheit muss man brechen. ... ... hat. Holl. : Ik zal zoo lang koeken eten, tot dat het brood gaar wordt. ( Harrebomée, I, 427 a . ) 24. ...